De afmetingen in de maattabel betreffen de omtrekmaten van het lichaam (niet de productafmetingen). Gebruik een meetlint om je lichaam op te meten. Alle metingen dienen rechtopstaand te worden uitgevoerd met de voeten ter breedte van de schouders uit elkaar. Voor maximale nauwkeurigheid, verricht metingen tegen de huid.
1 BUSTE
Meet rond het breedste deel van je borst onder je oksels, terwijl je armen ontspannen langs je lichaam hangen. Houd het meetlint horizontaal.
2 MIDDEL
Meet de omtrek van je taille, die zich bevindt op de plek waar je lichaam een natuurlijke kromming heeft, tussen je heupen en borstkas. Het meetlint dient losjes tegen het lichaam gehouden te worden.
3 HEUP
Span het meetlint om het breedste deel van de heupen en achterste. Houd het meetlint horizontaal.